Met Wijk aan Zet moet de inspraak en wijkdemocratie worden verbeterd. Met een lokaal aanwezig ‘burgerloket’ moeten idee-en eerder werkelijkheid worden. Iets dat vanuit Nesselande.info met 20+ bewonersinitiatieven opgestart te hebben en alle initiatieven te steunen, reeds sinds 2003 gebeurt op deze actieve wijkportal. We zijn dan ook benieuwd wat het verdienen van de gebiedscommissies en wijkraden gaat betekenen per 2022. Waar Nesselanders dagelijks assertief ‘los gaan’ op de sociale media en meer digitale communicatie, zou de Wijk aan Zet wellicht voor ruis kunnen zorgen.
Wat wij van Nesselande.info missen is dat er weer over een ‘bestuursmodel’ wordt gesproken daar waar er juist meer behoefte is aan korte lijnen die sneller uitvoeren en realiseren.
Eind januari heeft het College een eerste voorstel voor een nieuw bestuursmodel
gepresenteerd: de brief ‘Bouwstenen voor de Wijk aan Zet’.
Vergadering
Dinsdag 15 juni 2021 was er een gebiedscommissie-vergadering waar wederom Wijk aan Zet voorbij kwam. Voor wie zich snel wil inlezen 7 stellingen over deze nieuwe manier van lokaal besturen. De stellingen zijn de raad aangeboden om een overwogen beslissing te maken.
1. Te vroeg wordt besloten om het lokaal bestuurlijk systeem zo ingrijpend te
wijzigen.
Als bestuurlijk systeem functioneren gebiedscommissies nog geen zeven jaar.
Juist nu in deze periode, zo blijkt uit het recente Wijkprofiel, bij bewoners in ons gebied
het vertrouwen in het lokaal bestuursorgaan duidelijk is toegenomen, wordt een
ingrijpende bestuurlijke reorganisatie over het gebied uitgerold. De afgelopen zeven jaar
zijn onvoldoende benut om het lokaal bestuurssysteem verder te verbeteren.
De afgelopen drie jaar is ervaring opgedaan met het functioneren van 14 wijkraden. De
resultaten wat betreft grotere betrokkenheid van bewoners zijn in het evaluatierapport van
de Erasmusuniversiteit weergegeven; dit echter voor alle proefwijken tezamen.
Onvoldoende is inzichtelijk of en waarom in sommige wijken de ervaringen met wijkraden
positief zijn, maar dat in andere wijken, die bestuursorganen op wijkniveau vooralsnog
Onderwerp: niet of nauwelijks het beoogde effect lijken te hebben.
Toch stelt het college een ingrijpende ‘wijkgewijze herindeling’ met ‘samengestelde
superwijken’ voor. Daarbij wordt zowel voorbijgegaan aan de adviezen van de
Erasmusuniversiteit (EUR) maar ook aan de eigen woorden van het college in de
Bouwstenenbrief: ‘Wij zien het schaalniveau van de wijk als de beste basis voor
participatie en lokale democratie. Hoe kleiner het schaalniveau, hoe groter het gevoel op
verbondenheid en hoe sterker de wens van bewoners om mee te doen, mee te denken
en mee te beslissen’.
2. Geef lokale bestuursorganen de instrumenten en ondersteuning die zij nodig
hebben.
Gebiedscommissies en -organisaties waren de afgelopen periode(n) onvoldoende
toegerust om de lokale democratie optimaal gestalte te geven.
Het college onderkent dat en stelt voor om extra impulsen te geven wat betreft ambtelijke
ondersteuning en instrumenten. ‘En tot slot zorgen we voor substantieel handgeld (en mandaat) voor de wijkmanager en zijn team van ambtenaren in de wijk zodat waar maatwerk nodig dit maatwerk geleverd kan worden en niet blijft hangen in de bureaucratie’. De vraag is natuurlijk hoe en op welke termijn aan deze voorstellen daadwerkelijk uitvoering gaat worden gegeven.
Binnen onze gebiedscommissie kijken we in ieder geval met belangstelling uit naar het
beschikbaar komen van instrumenten om de participatie te bevorderen, in het bijzonder
het digitale participatieplatform. Instrumenten die we tot nu toe misten. Daarbij dient
steeds kritisch te worden bezien in hoeverre we met die instrumenten ook de bewoners
en ondernemers kunnen bereiken, die we willen c.q. moeten bereiken.
Geef lokale bestuursorganen in ieder geval ook een fysiek herkenbare plaats in de wijk.
Accommodeer het bestuursorgaan en de ambtelijke ondersteuning daarom in een voor
bewoners herkenbare en toegankelijke behuizing in de wijk.
3. Wijkgericht werken kan even goed vanuit een gebiedscommissie.
Vanuit een gebiedscommissie kan, zo blijkt zeker in deze periode in Hillegersberg
Schiebroek, goed worden gewerkt op wijkniveau c.q. wijkgericht. Alle wijken krijgen de
aandacht die zij behoeven. Hoewel daarin niet expliciet genoemd, wordt in januari in de Bouwstenenbrief nog uitgegaan van de 74 Rotterdamse CBS wijken die momenteel de veertien gebiedscommissies vormen.
In het recente collegevoorstel is de maat van ‘de Rotterdamse wijk’ nu blijkbaar een
andere. Het gaat nu in aantal gevallen om ‘samengestelde superwijken’ bestaande uit 2,
3 of zelfs 4 CBS wijken, zoals bijvoorbeeld voor de wijken Kralingen en Hillegersberg.
Laat men daarmee de ‘CBS wijk’ als directe woon- en leefomgeving los? Dit is wel in
tegenstelling tot één van de aanbevelingen van de EUR: ‘Stel het wijkniveau nog meer
centraal als schaal waarop de gebiedsdemocratie wordt georganiseerd. Stap voor de
hele stad over op wijkraden of geef gebiedscommissies een sterke wijkoriëntatie door te
werken met wijk gebonden zetels’.
Overigens wordt op geen enkele wijze beargumenteerd c.q. onderbouwd waarom en hoe
tot deze indeling in 35 superwijken is gekomen. Slechts de kleine kernen worden als
voorbeeld genoemd. Wanneer binnen een nieuwe superwijk (in een aantal gevallen op te vatten als een minigebied) evenwel de CBS wijken blijven onderscheiden, betekent dat overigens wel een ondersteuning van ‘onze’ stelling.
4. Draag zorg voor pluriform samengestelde lokale bestuursorganen.
De 13 leden van onze commissie wonen optimaal gespreid over de vijf wijken.
Binnen de commissie vindt uitwisseling plaats van specifieke kennis en ervaring over en
vanuit de verschillende wijken en vanuit verschillende achtergronden. Juist in een
pluriform samengestelde commissie van een voldoende omvang kunnen kennis en
ervaring ten goede komen aan alle wijken binnen een gebied. Zo’n commissie biedt ook
een basis voor opbouw en behoud van kennis over de wijk en vormt daarmee een soort
collectief geheugen van de wijk. De vraag is of wijkraden van een te beperkte omvang evenzeer voldoende pluriform van samenstelling kunnen zijn.
Elke wijkraad zal zeven leden gaan tellen. Het ‘onesize fits all’ gaat hier duidelijk nog niet
in de kast. Op geen enkele wijze wordt beargumenteerd c.q. onderbouwd waarom en hoe men tot het aantal van zeven wijkraadsleden is gekomen. Slechts het aanbod aan kandidaten kan aanleiding vormen om af te wijken van dat aantal wijkraadsleden binnen een range van 5 tot 9 leden.
5. Geef goed aan welke rollen ‘spelers’ in het lokale bestuursveld hebben.
Maak duidelijke afspraken over taken, verwachtingen en procedures van en voor de
verschillende gremia en organisaties. Dit kan wederzijds onnodige inzet van capaciteit en
frustratie voorkomen. Dit geldt voor alle spelers: College, raad, het lokaal
bestuursorgaan, de ambtelijke organisatie zowel centraal als decentraal. Dit geldt wat ons
betreft zeker voor de hoofrolspelers in het veld van de lokale democratie: de bewoners.
Want waarover en hoe krijgen bewoners nu daadwerkelijk meer zeggenschap?
Verwachtingenmanagement vraagt om helderheid en duidelijke procedures.
In het voorstel worden de taken van de wijkraad concreter omschreven dan in de proeve
van januari. Een taakstelling die wij onderschrijven en voor zover van toepassing reeds in
de praktijk (trachten te) brengen
De mogelijkheid om als wijkraad ongevraagd advies te geven is een duidelijke positieve
aanpassing van de Bouwstenenbrief van januari. De bewaking door de
‘adoptiewethouder’ van de beantwoording van die ongevraagde zal zich nog in de praktijk
moeten gaan bewijzen.
We onderschrijven het voorstel om de positie van de wijkmanager te versterken en de
uitbreiding tot een ‘dedicated team van ondernemende ambtenaren’ in elke wijk.
Onverkort verdient de positie van de wijkmanager aandacht.
De wijkmanager is pleitbezorger dan wel ‘opdrachtgever’ naar de gemeente wat betreft
lokaal bestuurlijke wensen en behoeften. Hij of zij zal echter rekening dienen te houden
met de kaders van gemeentelijk bestuur, zoals die onder meer voortkomen uit de
coalitieakkoorden.
Een wijkraad die wordt beoogd een apolitiek gremium te vormen zal naar verwachting
echter (nog) verder af komen te staan van de gemeentelijke politiek.
Niettemin zal de wijkmanager in voorkomende gevallen de beperkingen wat betreft
praktische en bestuurlijke uitvoerbaarheid gemotiveerd naar het lokale bestuursorgaan
moeten kunnen overbrengen.
Geef de wijkmanager vanuit een meer onafhankelijke positie daadwerkelijk voldoende
mandaat en doorzettingsmacht om die rol goed te kunnen vervullen.
6. Verkiezing op persoonlijke titel is niet perse noodzakelijk.
Drie van de 13 leden in onze gebiedscommissie hebben geen partijpolitieke binding maar
zijn gekozen voor de gezamenlijke bewonersorganisaties.
De overige leden vormen een goede afspiegeling van de politieke voorkeuren van de
bewoners in het gebied.
Voor die overige leden speelt een partijpolitieke agenda nauwelijks een rol. In nagenoeg
alle gevallen vervullen commissieleden de rol van ‘ombudsman’.
Het voorstel is nu dat wijkbewoners zich op persoonlijke titel verkiesbaar stellen voor de
wijkraad. Zij zullen echter vrij zijn zich in hun verkiezingscampagne te verbinden aan een
politieke partij.
De vraag is dan wel of de ‘partij- of organisatie gebonden kandidaat’ en de ‘ongebonden
kandidaat’ als zodanig ook herkenbaar zullen zijn op het moment van de verkiezing (op
het dan niet digitale stembiljet).
Voorgesteld wordt om de wijkraadsverkiezing niet samen te laten vallen met die voor de
raadsverkiezingen, maar met een tussenpoos van een jaar.
De verwachting lijkt gerechtvaardigd dat daarmee de wijkraden een meer apolitieke
betekenis zullen krijgen. Ongetwijfeld zal deze ‘scheiding’ van beide verkiezingen mede
van invloed zijn op de opkomstpercentages. Deze kunnen binnen een samengestelde
wijk ook per CBS wijk verschillen; een aandachtpunt zeker in geval van eventuele (CBS)
wijk gebonden zetels.
Wijkraadsleden zullen een vergoeding ontvangen van 500 euro per vergadering met een
maximum te vergoeden aantal vergaderingen van 12 per jaar .
Het wijkraadslidmaatschap vraagt een inzet en tijdsbeslag waarvoor die vergoeding wordt
gegeven. Vier jaar geleden was voor het toekennen van een hogere vergoeding aan
gebiedscommissieleden een argument dat deze ook een compensatie zou zijn voor
eventuele inkomstenderving (bijvoorbeeld voor het opnemen van onbetaald verlof). Stel
zeker dat die compensatie voldoende is en geen reden om af te zien om zich kandidaat
te stellen.
7. Neem voldoende tijd om ‘operatie wijkraad’ te laten slagen.
Het welslagen van een bestuurlijke reorganisatie vraagt voldoende tijd en geld, maar ook
motivatie en inzet van alle betrokkenen.
Het college stelt dat het nieuwe bestuursmodel ook binnen de organisatie vraagt om
herbezinning op sturing, systemen, cultuur en gedrag. Het vraagt dan ook aan het college
en de raad om na te denken over de sturing vanuit college en raad richting de ambtelijke
organisatie. E.e.a. zou (daarmee) ook om een belangrijke cultuuromslag binnen de
ambtelijke organisatie vragen.
Deze veranderingsprocessen zullen echter de nodige tijd vragen voordat ze
daadwerkelijk effect hebben.
Een zorgvuldige introductie dan wel een goede campagne zullen nodig zijn om het
nieuwe bestuursmodel onder bewoners te promoten.